Het verlies van een kind is een zeer pijnlijke gebeurtenis. Aan het overlijden van een kind zijn een aantal formaliteiten verbonden.
Voorwaarden
De aangifte van een levenloos geboren kind moet gebeuren door de ouders of door de begrafenisondernemer. De naamgeving kan door de ouders of via de sociale dienst van de materniteit meegegeven worden.
Termijn aangifte:
- De aangifte van een doodgeboren kind is verplicht vanaf een zwangerschapsduur van 180 dagen (26 weken of 6 maanden).
- Werd het kind tussen 140 en 179 dagen gedragen, dan kan het kindje wettelijk worden aangegeven en officieel een naam krijgen.
- Werd het kind geen 140 dagen gedragen, dan wordt het kindje niet wettelijk aangegeven en krijgt het officieel geen naam.
Naamgeving:
- Duurde de zwangerschap langer dan 180 dagen, dan kan het kindje een familienaam krijgen.
- Duurde de zwangerschap tussen 140 en 179 dagen, dan kan het kindje een voornaam krijgen.
De arts vermeldt in beide gevallen de duur van de zwangerschap in dagen op de vaststelling van overlijden.
Procedure
- De ouders of begrafenisondernemer doen de aangifte.
- Je kan je kindje symbolisch laten registreren in het sterrenregister.
Meebrengen
- Identiteitskaart (eID) of verblijfskaart (eVK).
- Een overlijdensattest van het levenloos geboren kind.
- Een medisch attest (aan het medisch attest zijn geen voorwaarden verbonden).
Bedrag
Gratis
Regelgeving
Artikel 58-59 BW