De huwelijksaangifte is de officiële stap om te laten weten dat je wil trouwen. De ambtenaar van de burgerlijke stand maakt dan een akte van aangifte op.
Wanneer doe je de aangifte?
Je kan de aangifte doen:
- Ten vroegste: 6 maanden en 14 dagen voor de huwelijksdatum
- Ten laatste: 14 dagen voor de huwelijksdatum
Je mag dus pas trouwen vanaf 14 dagen na de aangifte. Je moet trouwen binnen 6 maanden en 14 dagen na de aangifte (de dag van de aangifte telt niet mee).
Let op: Je mag je huwelijksdatum al vroeger reserveren, nog vóór deze periode.
Waar doe je de aangifte?
In de gemeente waar minstens één van jullie woont of is ingeschreven in het bevolkings-, vreemdelingen- of wachtregister.
Voorwaarden
- Beide partners zijn minstens 18 jaar (een uitzondering kan via de jeugdrechtbank).
- Je mag trouwen met iemand van hetzelfde of een verschillend geslacht.
- De aangifte gebeurt door één of beide partners. Kom je alleen? Breng dan een schriftelijk bewijs/volmacht van je partner mee.
Procedure
- Datum vastleggen bij Team burgerzaken.
- Team Burgerzaken verzamelt de nodige documenten (bijvoorbeeld: geboorteakte, echtscheidingsakte, overlijdensakte van een vorige partner, ...). Dit gebeurt automatisch als je in België woont en geboren bent.
- Als alle documenten in orde zijn, kan je aangifte doen.
- Je ondertekent de akte en betaalt de bijdrage.
Meebrengen
Ingeval beide partners aanwezig zijn:
- Identiteitskaarten (eID) of verblijfskaarten (eVK)
Ingeval slechts één partner aanwezig is:
- Schriftelijke instemming/volmacht van de afwezige partner
- Kopie zijn/haar identiteitskaart (eID) of verblijfskaart (eVK)
Bedrag
- Dinsdag: gratis
- Donderdag en vrijdag: € 75,00
- Zaterdag en brugdagen: € 120,00
Uitzonderingen
De voorwaarden om te huwen zijn gekoppeld aan je nationaliteit. Als je niet de Belgische nationaliteit hebt, informeer je je eerst bij Team burgerzaken. Je zal bijkomende documenten moeten voorleggen die mogelijk gelegaliseerd en vertaald moeten worden. Mogelijk wordt je dossier doorgestuurd naar het parket van de Procureur des Konings voor onderzoek.
Regelgeving
Artikel 75, 76 en 144 tot 171 van het Burgerlijk Wetboek.